Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Dies zullen zij komen, en op de [39]hoogte van Sion juichen, en [40]toevloeien tot des HEEREN [41]goed, tot het koren, en tot den most, en tot de olie, en tot de [42]jonge schapen en runderen; en hun ziel zal zijn als een [43]gewaterde hof, en zij zullen [44]voortaan niet meer treurig zijn. 39. Te weten in den tempel; dat is, in de Christelijke kerk. 40. Bij menigten, als waterstromen. Vergelijk Ps.34:6; Jes.2:2; Micha 4:1. 41. Of, goedheid, alzo onder vs.14; dat is, de weldaden en gaven van den Heere Christus, die hier [gelijk elders dikwijls] door lichamelijke goederen en gaven worden afgebeeld. 42. Hebreeuws, kinderen der schapen, of geiten, of van klein vee. 43. Vervuld met geestelijke gaven en vertroostingen van den Heiligen Geest. 44. Hebreeuws, zullen niet toedoen, of voortvaren meer, of voortgaan treurig te zijn; te weten uit mistroostigheid over hunne zonden.